Skip to main content

Tag: Bahasa Indonesia

Woorden aan de wand

Aan de wand van de kleuterschool die ik bezoek hangt een poster met afbeeldingen van dieren. Onder de koe staat ‘sapi’, onder de slang ‘ular’. Een kameel is een ‘unta’. Ik probeer de woorden in me op te nemen. Mijn kennis van het Bahasa Indonesia is nihil en daar voel ik mij – ondanks de tolk die mij trouw vergezelt en steeds wisselt tussen Bahasa en Engels – eigenlijk helemaal niet prettig bij.

Ik mis het directe contact met de mensen. Het stoort me dat ik niet kan reageren op het moment dat ik dat wil. Nieuwsgierig als ik ben wil ik – ook in deze onbekende taal – van woord tot woord horen wat er gezegd wordt. Ik wil op mijn eigen manier iets aardigs zeggen, een kritische vraag stellen, een grapje maken. Ik wil op mijn manier bijdragen. Maar mijn eigen directe bijdrage is zo gelimiteerd als het aantal woorden dat ik ken. Nihil.

Het hebben van een tolk is natuurlijk een ongekende luxe. Ik ervaar mijn gebrek aan kennis van het Bahasa dan misschien soms als onprettig; het is alles behalve problematisch. Maar hoe moet het voelen als je in je eigen land de verkeersborden niet kunt lezen? Of als je niet gaat stemmen, omdat je het partijprogramma niet begrijpt? Wat als je er als kind van droomde om te kunnen schrijven, maar er geen geld was om jou naar school te sturen?

De poster die aan de wand hangt is lang niet zo vanzelfsprekend als in eerste instantie lijkt. Hetzelfde geldt voor die zelfde wand en voor het naar school gaan van de leerlingen die in het klaslokaal zitten. En dat terwijl scholing bitter noodzakelijk is. Om kinderen de toekomst te geven die ze nodig hebben. Om een land, sterker nog, de wereld de toekomst te geven die zij én wij nodig hebben. Dat vraagt veel meer dan kinderen bij de les houden. Daarvoor moeten we vooral onszelf bij de les houden. En bijdragen door kinderen bij de les krijgen. Niet morgen, maar vandaag. Stichting Tileng bouwt scholen en zorgt dat ook de allerarmsten naar school kunnen. Steun Stichting Tileng.

Thuis in Indonesië

Het was een lange reis. Vanaf Schiphol is het twaalf uur vliegen naar Kuala Lumpur, waar ik de broodnodige slaap moet uitstellen vanwege de klok die maar liefst zes uur op me vooruit loopt.

Na drie uur wachten gaat de reis verder naar Jakarta, op twee vlieguren afstand. Daar wacht ik wederom een paar uur om vervolgens door te gaan naar Yogyakarta, waar ik uiteindelijk na bijna dertig uur (sinds mijn vertrek uit Rotterdam de dag ervoor) arriveer.

Dat lijkt lang, maar dertig uur is nog altijd niet lang genoeg om te verhinderen dat ik het gevoel heb me heel plotseling in een andere wereld te bevinden. De eerste beelden, de geuren die tot je komen, de mensen die tegen je beginnen te praten. Het onbekende land nodigt me vriendelijk uit me hier de komende twee en een halve week thuis te gaan voelen. Tussen alles wat onbekend is, is er opeens een onverwachte vertrouwdheid. De vluchtnummers. Een voor een schallen ze door de microfoon. Hun zachte maar indringende geluid herinnert me aan lang vervlogen tijden. Als klein meisje leerde mijn oma me tot tien tellen in het Bahasa Indonesia. Ze leeft niet meer, mijn oma, maar hier, op het vliegveld van Yogyakarta, is ze opeens verrassend dichtbij.

Ik stap de aankomsthal uit en zie mijn naam op een papiertje geschreven. Dat moet Puri zijn, onze lokale vertegenwoordiger. Ik stap bij hem in de auto en we rijden in een uur naar Imogiri, waar ik de komende week door zal brengen. Aangezien Imogiri slechts een van de desa’s is waar Stichting Tileng projecten heeft, staat tevens een reis naar Manggung / Tileng en Baturraden op het programma.

Ik ben benieuwd wat de komende weken mij zullen brengen. Het uitgangspunt is het verzamelen van zoveel mogelijk materiaal voor het door mij te schrijven jubileumboekje met daarin het verhaal (of de verhalen) van Stichting Tileng. Ik heb het project ook wel ‘Dichterbij: een kunstproject in woord en beeld’ genoemd. De komende weken geef ik u alvast een voorproefje in de vorm van weekendverhalen. Hou de website dus in de gaten. En geloof me: die reis van dertig uur was het waard. Dubbel en dwars.