Skip to main content

Tag: Stichting Tileng

Na mijn eerste kennismaking

In het verhaal van 27 juni jl. deed Stichting Tileng de volgende oproep; “Heeft u een verhaal dat verband houdt met het werk van Tileng en u wilt het kwijt op onze site, laat het ons weten via info@tileng.nl”.

Ja, ik heb ook zo’n verhaal.

Tsja, hoe ben ik in de ban geraakt van de Stichting Tileng? Dát ik ze in mijn hart heb gesloten is een ding wat zeker is.

Mijn eerste kennismaking met Tileng is volgens mij via Ellen Mierop verlopen. Ik kende Ellen via het Indisch Informatiepunt en later via een andere groep op MSN, waar wij alle een hele hechte band hadden. Door haar ben ik bij een Kumpulan in 2009 in Capelle aan den IJssel geweest, bij een benefietmiddag voor Stichting Tileng. Daar traden Wieteke van Dort, Wouter Muller en Wouter Pieplenbosch op. Wouter Pieplenbosch kende ik nog van het Indisch Informatiepunt via de oude MSN-groepen en ik wist dat hij hele mooie gedichten schreef. Hij las daar voor uit zijn bundel Indische emoties. Ik had die bundel daarvoor al van hem gekocht. Ik had van de MSN-groep IIP al verschillende malen een gedicht van hem opgeslagen, omdat ik die zo mooi vond, maar hij wilde niet dat ik er teveel zou overnemen i.v.m. zijn boek.

Ook stond daar Liek Mac Gillavry met een standje en later leerde ik haar zelf kennen en dat was grappig, omdat ik zonder haar te kennen al had gezien toen op die Kumpulan. Zij maakt soms kleine sieraden voor Stichting Tileng, is super creatief.

Ik maakte daar ook kennis met Ton Lange, dé man van Stichting Tileng en was diep onder de indruk van deze man. Dat hij de opzet van Tileng allemaal uit eigen zak had betaald en nu sponsoren trachtte te werven, omdat het nu om steeds meer geld ging om zijn projecten in Tileng, Imogiri en Baturraden waar te kunnen blijven maken.

Via Facebook maakte ik ook kennis met een van zijn medewerkers in Indonesië, Tekad Santos, en ik chat wel eens met hem. Hij wilde graag Nederlands leren en hij vertelde zo af en toe hoe bezorgd hij zich maakte over de koeien in de desa Tileng. Het was dan een tijd zo droog dat er niet genoeg te eten was voor de koeien. Zo betrokken dat ook hij mij raakte. Hij en ik werden ook tegelijk grootouder, dat was helemaal leuk. Hij liet foto’s van zijn familie zien.

Ik had zelf ook graag geld willen doneren aan de Stichting Tileng, maar aangezien mijn eigen budget niet toereikend is heb ik Ton beloofd altijd reclame te maken voor zijn stichting op mijn eigen pagina op FB pagina Indische en Molukse Kwesties. Dat doe ik nu een paar jaar en elk bericht maak ik een hoogtepunt van. Eerst kreeg je dan op je pagina dat bericht helemaal in de breedte te staan, dan viel het lekker op. Helaas is dat nu veranderd.

Toen ook bleek dat Tekad Santos met hulp van Ton een eigen Home Stay opzette, heb ik ook voor hem ook reclame gemaakt, want ik denk dat het best moeilijk is om aan de weg te timmeren met een nieuw gastenverblijf. Tekad had zelf op Facebook zoveel prachtige foto’s gezet dat dat zeker de aandacht trok en zijn eigen vrouw verzorgt de keuken van Santos Home Stay.

Deze week had Ton geen plaatje maar een video om op mijn pagina te delen en ik moest hem zeggen dat ik deze keer niet kon delen, aangezien ik altijd zijn plaatjes zelf opsla om op mijn pagina te zetten en met die video lukte het niet. Geen probleem hoor, binnen no time had Ton er een You Tube link aan gegeven en zodoende kon ik het alsnog delen, knap.

Ik merk altijd hoe gedreven Ton en zijn bestuursleden zijn als het om zijn de stichting gaat en dat siert hen, no nonsens, de stichting gaat voor alles.

Dan hoor je hem zeggen dat mensen denken dat hij geld in eigen zak steekt. Dan word ik erg boos, want als er mensen zijn voor wie ik mijn hand in het vuur steek, is Ton met zijn bestuur het wel. Iemand die eerst alles uit eigen zak heeft betaald is geen persoon om daarna aan de haal te gaan met geld van anderen. Dat noem ik jaloezie en nodeloze argwaan. Niets van aantrekken en gewoon doorgaan. Ik denk dat er heel wat jaloezie opgewekt wordt als men die zo gedreven is, belangrijke figuren in de Indo-wereld bereid weet om voor de stichting te willen werken, onbezoldigd, want ook naast Ton betalen bestuursleden en vrijwilligers hun eigen ticket naar Java.

Dat merkte ik toen ik Ton vroeg of ik mijn zoon bij hem zou kunnen laten werken als vrijwilliger. Maar, zei hij, dan moet hij wel zijn eigen ticket en verblijfkosten zelf betalen,.Dat ging helaas niet voor ons, want dat is te duur, maar dat geeft wel aan dat er niets aan de strijkstok blijft hangen bij deze hartverwarmende stichting.

Iedere keer zie ik ook op de foto’s de stralende gezichtjes van de kinderen in Tileng, Imogiri en Baturraden die zoveel baat hebben met hun ouders van de nieuwe huizen, de scholen en de hoognodige sanitaire voorzieningen.

Dáár wordt een mens blij van, want daar doen ze het ook voor, mensen hun basisbenodigdheden geven die wij hier in Nederland als vanzelfsprekend ervaren.

Als het aan mij ligt blijf ik doorgaan met reclame maken voor deze stichting zolang ik dat kan, want ik weet, ook al ben ik er zelf helaas nog niet geweest, hoe belangrijk hun werk is voor de mensen die ze helpen. Maar als ik de mogelijkheid zou hebben om daarheen te reizen zou ik ook niet aarzelen en erheen gaan om met eigen ogen te aanschouwen, hoe mooi alles is geworden. Kennis maken met de mensen die ze zo in hun hart hebben gesloten.

Tekad in het echt ontmoeten en zeker bij hem en zijn lieve vrouw een verblijf boeken, want dat is iets wat ik heel erg graag zou willen. En hem dan als gids hebben om allerlei prachtige plekken te laten zien die hij op foto al heeft laten zien. Ik weet zeker dat dat een onvergetelijke reis zal zijn. Tot die tijd droom ik er dan maar gewoon van.

Ton en overige bestuursleden, heel erg veel geluk en succes met jullie acties om de stichting nog meer bekendheid te geven en samen met Tekad en totaalplaatje maken, mensen de stichting op Java te laten bezoeken en hen tevens een verblijf laten boeken in Tekad Home Stay.

Ik vind ook dat:

Stichting Tileng zijn we met z’n allen.

 

Geïnterviewd door Bari Muchtar – van Berita Belanda

Het interview in het Bahasa Indonesia staat op de website van Berita Belanda.

Interview

Wanneer is de stichting opgericht?

De stichting is in 2000 opricht, maar was via haar oprichters reeds een drietal jaren daarvoor actief.

Waarom is het opgericht?

Stichting Tileng heeft als doelstelling het verbeteren van de leef- en woonsituatie in deze desa’s.

Waarom heet het Tileng?

De naam Tileng is de naam van de desa waar het allemaal is begonnen. Een van de oprichters was al actief in 1997 in de dusun Manggung, een van de 16 dusuns in de desa Tileng.

Hoe komt de stichting aan geld?

Ontvangt haar gelden van sponsors, particulieren en bedrijven.

Wat voor hulp wordt er aangeboden in Indonesië?

Sinds de oprichting in 2000 steunt Stichting Tileng aan aantal desa’s (dorpen) op het eiland Java in Indonesië. In eerste instantie uiteraard de desa Tileng, inmiddels uitgebreid met Imogiri en Baturraden. Dit doet zij door middel van het bouwen van huizen en scholen, het verlenen van studiebeurzen, het opzetten van een veestapel (de ‚Buffelbank’), en nog veel meer.

Heeft de stichting partners in Indonesië?

Nee, de stichting heeft geen partners in Indonesië. De stichting heeft wel een management in Indonesië, gestationeerd in de desa Baturraden. De desa Baturraden ligt op ongeveer 193 km ten westen van de stad Yogyakarta. Overeenkomstig ons “Handboek, Implementatie van beleid op lokaal niveau” is in Indonesië het volgende Management Team benoemd: Tekad Santosa – General Manager, Deskart Sotyo Jatmiko – Manager BackOffice, Suci Wahyuni en Tri Hastuti gezamenlijk – Manager Finance. Zij doen verschrikkelijk goed werk. Zij wonen allen in en om Baturraden.

De in de desa’s Tileng, Imogiri en Baturraden plaatselijke actieve functionarissen rapporteren aan het Management Team in Baturraden.

Hoe weet je dat het geld goed besteed wordt?

Stichting Tileng heeft geen strijkstok. Uiteraard heeft ook de stichting te maken met kosten die onvermijdelijk zijn (zoals bankkosten), maar dat betreft relatief bescheiden bedragen. Verder zijn er absoluut geen overheadkosten!

Stichting Tileng kan daarom de volgende bestedingsgarantie afgeven:

“Van alle donaties en sponsorgelden die Stichting Tileng ontvangt wordt meer dan 99% besteed aan projecten in Indonesië.”

Dit kan worden bereikt doordat alle betrokkenen hun activiteiten voor de stichting geheel belangeloos verrichten en doordat alle overige kosten door bestuursleden, vrijwilligers en een aantal fantastisch meewerkende bedrijven voor hun rekening worden genomen. Ook het kantoor, inclusief faciliteiten, wordt kosteloos ter beschikking gesteld.

Verder geschiedt fondsenwerving geheel in eigen beheer en niet via een kostbaar bureau. Ook mag niet onvermeld blijven dat iedereen alle reis- en verblijfkosten geheel voor eigen rekening neemt, inclusief reizen naar de projecten in Indonesië.

Met andere woorden, wie Stichting Tileng financieel steunt, kan er op rekenen dat het geld rechtstreeks wordt besteed aan projecten van, voor en door de mensen uit de desa’s Tileng, Imogiri en Baturraden.

Vertel over de geslaagde projecten of activiteiten in Indonesië?

De stichting begeleidt en financiert alleen projecten, die zijn geïnitieerd door de lokale bevolking. Dat wil zeggen dat de mensen in de desa’s zelf aangeven wat zij nodig hebben en met steun van de stichting zouden willen realiseren. Deze lokale initiatieven waarborgen de betrokkenheid van de lokale bevolking en vergroten daarmee de effectiviteit van de projecten.

In Tileng/Manggung loopt ons geslaagde project de “Buffelbank”. Traditioneel sparen boeren in Indonesië niet bij een bank maar via vee. De ‘Buffelbank’ werkt als volgt: een boer verzorgt een sapi (koe) die door Stichting Tileng ter beschikking wordt gesteld. De koe wordt gedekt en het kalf wordt eigendom van de boer, waarna de koe door kan naar de volgende boer. Een duurzame ontwikkelingsmethode, waarbij de dorpen zich rustig kunnen ontwikkelen en waarbij niemand wordt uitgesloten, waardoor hun economische situatie zal verbeteren. Hun kapitaal staat immers achter het huis, met melk en kalveren als opbrengst. Een groot succes wat zijn navolging gaat krijgen in de andere desa’s van de stichting. In de begin periode is er een kleuterschool gebouwd.

In Imogiri hebben we ons gericht op de herstel van de schade na de aardbeving in mei 2006. We hebben daar een vijftal kleuterscholen herbouwd en zijn bezig de 35 door ons gebouwde bamboe noodwoningen te vervangen door stenen permanente woningen.

In Baturraden zijn een drietal lagere scholen gebouwd en twee kleuterscholen. Succesprojecten die regelmatig worden bezocht door andere schooldirecties om te zien hoe met de samenwerking met Stichting Tileng daar is opgepakt.

In alle drie de desa’s vullen we salarissen aan van het personeel van de door de stichting (her)gebouwde scholen, voor zover dat niet volledig wordt betaald door de Indonesische overheid. Het gaat om leerkrachten en conciërge(s).

Ook is er een doorlopend project. Dit project behelst de vergoeding voor de jaarlijkse schoolkosten van goed presterende leerlingen. De thuissituatie van deze leerlingen is zodanig dat die kosten niet door hun ouders kunnen worden bekostigd.

Deze kosten worden grotendeels gedragen door een aantal van onze donateurs.

U kunt u altijd voor dit project aanmelden voor sponsoring via vdjagt@tileng.nl. De kosten van een studiebeurs zijn, afhankelijk van het soort onderwijs, tussen de EUR 175 en EUR 500 per leerling per jaar. Voor een universitaire studie zijn de kosten van een studiebeurs tussen de EUR 2.000 en EUR 2.500. Ons management in Indonesië zorgt er voor dat het geld ook daadwerkelijk aan die projecten wordt uitgegeven.

Hiernaast zijn er nog wat kleinere projecten zoals het bouwen van een bad- en wasgelegenheid, medische hulp, e.d.

Inmiddels bestaat Stichting Tileng meer dan 14 jaar en zijn er tientallen projecten gerealiseerd en is iets minder dan een 450.000 euro effectief besteed in Indonesië. Een resultaat om, als kleine organisatie, uitsluitend steunend op vrijwilligers, ongelofelijk trots op te zijn.

Wat denk je wat de stichting heeft bereikt over 5 jaar?

Stichting Tileng streeft er naar zo groot mogelijk te worden. Deze groei zal worden bepaald door de (mogelijkheden van) fundraising, met daarbij een tweetal randvoorwaarden:

  • De groei mag nooit groter zijn dan de organisatie aan kan; Stichting Tileng mag nooit zo groot worden dat de snelheid van communicatie en handelen verloren gaat;
  • De projecten zelf moeten kleinschalig blijven, zodat elk project kan worden gedragen door de lokale bevolking.

De stichting is transparant. Alle relevante informatie over beleid, financiën en aanpak kan gevonden worden op www.tileng.nl of opvragen via info@tileng.nl .

Laatste vraag: Wat drijft je om dit allemaal te doen? Religie, sociale motivatie? Wat trekt uw vereniging en donateurs naar Indonesië?

Voor mij is het een sociale gedrevenheid. Geen enkel kerkelijke of politieke binding. Ik heb geen Indonesische roots. Maar Indonesië is wel mijn „moederland” geworden. Ik ben gaan houden van de mensen daar. Donateurs zijn van alle pluimage. Met andere worden vele steunen ons werk.

 

Dankwoord Wouter Muller

Dankwoord van onze ambassadeur aan onze mensen in Baturraden na afloop van zijn bezoek aan onze projecten daar. In beeld Wouter Muller, Tekad Santos (Santos) en Deskart Djatmico (Iko).

http://youtu.be/IU0FTV_jizg

Hoe komt zo’n Hollander betrokken bij ………

In het verhaal van 27 juni jl. deed Stichting Tileng de volgende oproep; “Heeft u een verhaal dat verband houdt met het werk van Tileng en u wilt het kwijt op onze site, laat het ons weten via info@tileng.nl”.

Ja, wij hebben zo’n verhaal.

Geachte lezer, hierdoor vertel ik waarom ik zoveel waardering heb voor de Stichting Tileng.

Misschien vraagt u zich af: “Hoe komt zo’n Hollander betrokken bij het werk van Stichting Tileng?”

Vanaf heel jong heb ik het gevoel meer in het “Oosten” thuis te horen dan hier. Zo werd ik in de beginperiode van de Ambonese voetbalverenigingen als voetbalscheidsrechter vaak gevraagd daar wedstrijden te leiden en had ik daar fijne gastvrije ontmoetingen. Via Indische vrienden kwam ik later in de typische Indische sfeer terecht en het is dan ook logisch dat ik direct verliefd werd toen ik mijn vrouw – inderdaad een Indische – ontmoette, nu inmiddels 50 jaar terug. Wij bezochten een paar maal Indonesië, waarbij wij vooral Java doorkruisten. We zagen en beleefden de grote verschillen tussen arm en rijk.

We gingen na welke instellingen vanuit Nederland actief zijn als hulporganisatie, of in Indonesië zelf,  zoals het goede kleinschalige  “Ibu dan Anak” op Bali. Voor betrokkenheid is het voor ons vooral van belang in hoeverre de eigen bevolking invloed heeft op het ondersteuningsaanbod en het niet vooral om het belang van de hulporganisatie gaat.

Zodoende kwam Stichting Tileng in beeld. Al jaren volgen wij met instemming het werk en met tevredenheid de resultaten. Eerder en nu via Facebook doet het me plezier met foto’s en informatie aandacht te geven aan de Stichting. Vooral wijs ik op het uitgangspunt dat de mensen van de desa’s zelf hun behoeften kenbaar maken en zij zelf, met de financiële bijdrage, het gewenste waar kunnen maken.  Het levert geen tijdelijke oplossingen, maar zijn garanties voor de toekomst, zoals het onderwijs in goede en aantrekkelijk gebouwde scholen met eigen leerkrachten voor wie een redelijk inkomen is gegarandeerd. Dat het heden en de toekomst voor de schoolgaande kinderen wordt versterkt met goed lesmateriaal en moderne apparatuur. Dat er ook verder kan worden gestudeerd.

Voor de bewoners van de desa’s is natuurlijk ook van groot belang dat zij een leefbaar inkomen kunnen verwerven en dat ze dat in gezonde leefomstandigheden kunnen doen. Verbetering van de huisvesting met hygiënische voorzieningen en landbouw en veeteelt kan worden bereikt dankzij de inzet van de bewoners zelf met ondersteuning vanuit de Stichting. Uiteraard is ook de aandacht voor medische zorg van groot belang.

Al met al voor mijn vrouw en mij veel goede redenen om door te gaan de Stichting onder de aandacht te brengen.

Ook wij vinden:

Stichting Tileng, dat zijn we allemaal!

 

De Soto Ajam van …………..

Ingrediënten:

  • Ca. 2 l. water
  • 1 kip (of kipfilet naar hoeveelheid eters)
  • 2 knoflookteentjes
  • 2 uien
  • 1 vleestomaat
  • Mespuntje suiker
  • 3 maggiblokjes of kipbouillonpoeder
  • Beetje trassi zwarte peperkorrels
  • 2 salamblaadjes
  • Stukje laos
  • 1 sereh
  • Flink stuk gember
  • Beetje zoete ketjap A
  • Zout en zwarte peper
  • Selderij

Bereiding:

  • Zet de kip in stukken (of kipfilet) op met de ui (halve ui overlaten), knoflook, salam, sereh, laos, gember tomaat, maggiblokjes, zwarte peperkorrels, trassi (beetje), ketjap, zwarte peper (theelepel) en zout naar smaak.
  • Laten koken tot de kip gaar is.
  • De stukken kip eruit halen en de bouillon zeven en terug doen in de pan.
  • De kip in stukjes plukken en in de olie krokant bakken of als je dat teveel werk vindt, kun je de gekookte kip er in kleine stukjes terug in doen.
  • Bak in een klein pannetje in wat olie de halve ui in stukjes knapperig bruin en doe de uitjes met de geurige olie terug bij de soep. Ook een eetlepel gehakte verse selderij.

Opdienen:

  • Hard gekookte eieren
  • Sambal
  • Taugé (alleen van te voren wassen en eventueel kokend water erover gooien)
  • Selderij
  • Gebakken stukjes kip (die je hebt gekookt voor de bouillon)
  • Rijstvermicelli
  • Gefruite uitjes

Doe in een kommetje wat rijst-vermicelli. Doe daar overheen wat taugé, gefruite uitjes, een half gekookt ei en selderij. Gooi hierover de hete soep met kip. Smakelijk eten!!

 

Van bezoek tot Stichting Tileng (deel 3)

Deel 1 gemist? Klik hier!  Deel 2 gemist? Klik hier!

In de afgelopen twee delen hebt u kunnen lezen hoe het allemaal is begonnen met Stichting Tileng. Nu terug naar het heden. Inmiddels is de stichting al meer dan veertien jaar actief en dat is niet ongemerkt gebleven. Niet in Nederland, maar vooral niet in Indonesië.

Tijdens de in de vorige delen beschreven reizen en ontmoetingen heb ik twee geweldige mensen ontmoet: Puri Purwanto en Tekad Santosa. Puri woont in Imogiri en Santos in Baturraden. Zij vonden dat de stichting ook het goede werk zou kunnen doen in hun desa’s, Imogiri en Baturraden. In eerste instantie konden wij projecten daar niet honoreren omdat ze buiten het statutaire werkgebied (desa Tileng) van de stichting waren gelegen. Om hen beiden niet al te zeer teleur te moeten stellen, kon een aantal van die verzoeken, via bemiddeling van onze stichting, door een aantal andere instanties alsnog worden gehonoreerd.

Aangezien het bestuur deze werkwijze, mede gelet op het feit dat het merendeel van die projecten ook echt steun verdiende, nogal omslachtig vond, is in 2005 besloten de statuten van de stichting aan te passen. Dat is in 2007 geëffectueerd door de notaris. Het werkgebied desa Tileng werd verruimd tot geheel Java. De stichting steunt nu drie desa’s (dorpen): Tileng, Imogiri en Baturraden op het eiland Java in Indonesië.

We hebben met behulp van onze sponsors, donateurs en de mensen uit de desa’s veel mooie en duurzame projecten kunnen realiseren. Inmiddels hebben we tientallen projecten afgewerkt en gaan we, dankzij uw hulp, verder met lagere scholen in Baturraden, huizen in Imogiri, een landbouw- en veeteelt coöperatie in Tileng, en nog veel meer.

Voor al die projecten tezamen hebben wij nu inmiddels meer dan vier ton euro effectief besteed in Indonesië. Een resultaat waar wij als kleine organisatie, uitsluitend steunend op vrijwilligers, ongelofelijk trots op zijn. Zeker als je bedenkt, dat er tot op heden minder dan 1% aan overheadkosten in Nederland is achtergebleven; vandaar onze bestedingsgarantie van 99%.

Ik besluit deze reeks in de hoop dat u het leuk en interessant vond. Mocht u geïnteresseerd zijn in meer gedetailleerde informatie over de stichting, kijk dan op de website van de stichting (www.tileng.nl) of mail naar info@tileng.nl.

Van bezoek tot Stichting Tileng (deel 2)

Deel 1 gemist? Klik hier!

Gelukkig duurde de nacht niet zo lang. Deze mensen komen om 04.00 uur weer tot leven, dan begint de vrouw alweer aan haar dagelijkse bezigheden. Na een simpel en goed ontbijt zijn wij met de familie naar het schooltje van Ribut geweest en hebben inkopen gedaan op de pasar. Een uur rijden vanaf Manggung. Daar hebben wij kleren en andere noodzakelijkheden voor Ribut en haar vader en moeder gekocht.

Na terugkomst van de pasar hebben wij thee gedronken en nog wat rondgewandeld in de dusun. Toen werd tijdens de gesprekken met de dorpelingen het idee geboren om wat meer te gaan doen voor de bewoners in de dusun Manggung.

Ik heb hen gevraagd een plan te ontwikkelen voor het bouwen/renoveren van woningen in de dusun. Ik zou dan in Nederland op pad gaan om sponsors te vinden die dat plan zouden willen financieren. Na toch wel twee vermoeiende dagen namen wij voldaan afscheid van de familie en de dorpelingen met de toezegging dat wij over twee jaar terug zouden komen.

Snel nadat wij weer in Nederland kwamen, kwam ik in het bezit van het door de bewoners opgezette plan. Het betrof de nieuwbouw van drie woningen en het renoveren van zeven woningen. Met dit plan ben ik op pad gegaan en heb een sponsor gevonden. Nu konden de bewoners met een aantal vaklui aan de slag.

In 1999 zijn mijn vrouw en ik weer naar Indonesië gegaan. Naast de rondreis op Oost-Java zijn wij natuurlijk weer in Manggung geweest. Naast de gebruikelijke activiteiten konden wij de gerenoveerde en een afgebouwde woning(en) aanschouwen. De nieuwe woning was op de plaats van het bamboehutje voor onze familie gebouwd. Zij waren daar zeer blij mee. De andere twee nieuwe woningen waren in aanbouw zodat ik daar zelf ook nog aan heb kunnen metselen. Nu zijn wij maar een dag gebleven wegens tijdgebrek. Wij zijn natuurlijk wel met de familie naar de pasar geweest in Wonosari. Ook nu beloofden wij ons te blijven in zetten voor de dusun en in 2002 terug te komen.

In Nederland blijf je je bezighouden met  Manggung. Er kwamen signalen richting Nederland dat men wel met andere projecten verder wilde gaan maar dat dan op desa-niveau zou moeten gebeuren om Manggung niet meer privileges te geven boven de andere 16 dusun’s die samen de desa Tileng vormen.

Nu ik meer geld nodig had voor andere projecten, en voor een groter gebied, zeiden mijn sponsors dat ik het e.e.a. zou moeten formaliseren.

Tijdens het vertonen van mijn video-opnames van onze reis op Oost-Java werd het idee geboren een stichting op te richten. Een van de toeschouwers was bereid de stichting met mij op te zetten. Nadat ook een collega van mij bereid was een bestuursfunctie te bekleden was het snel bekeken. Op naar de notaris en de Stichting Tileng was geboren in juni 2000.

Vanaf dat moment moest het bestuur gaan werken om de stichting verder vorm te geven en operationeel te krijgen, hetgeen onder andere resulteerde in een website en een tweetalige brochure.

In plaats van 2002 zijn mijn vrouw en ik reeds in maart/april 2001 weer in Indonesië geweest. Enerzijds voor een bezoek aan onze familie aldaar en anderzijds voor een rondreis op West-Java. Daarnaast heb ik totaal een week besteed aan zaken in het belang van de Stichting Tileng. Zoals o.a. het regelen van de vertegenwoordiging aldaar en het maken van afspraken met de leider(s) van de desa Tileng en de dusun’s.

Het was weer een voortreffelijke tijd.

Volgende week deel 3.

 

Van bezoek tot Stichting Tileng (deel 1)

Naar aanleiding van mijn oproep in mijn verhaal ‘De weekendverhalen’ met de subtitel ‘Vraag en antwoordverhaal’ van 15 augustus jl. heb ik de vraag kregen ‘Hoe is het nu zo gekomen?’. Vandaar hieronder (nogmaals) het verhaal “Van bezoek tot Stichting Tileng” in drie delen.

Het is allemaal begonnen in 1997 met het bezoek van mijn vrouw en mij aan ons pleegkind in de desa Tileng, dusun (woongemeenschap) Manggung.

Na onze rondreis door Indonesië, Sumatra, Java en Bali, hebben wij een bezoek gebracht aan ons pleegkindje Ribut Riyani, toen 5 jaar oud, en haar familie. In tegenstelling tot wat gebruikelijk is hebben wij geen bezoek van een uurtje afgelegd maar zijn wij, op verzoek van de familie, twee dagen te gast geweest. In de maandelijkse briefwisseling met de familie hadden wij toegezegd kippen en geiten mee te nemen als wij naar hen toe zouden komen.
Om deze belofte waar te maken hebben wij tijdens onze autorit van Yogyakarta naar Manggung, ruim twee uur rijden, 10 kippen en 2 geiten gekocht. Daarnaast kochten wij nog een baal rijst, suiker en thee.

Toen wij in Manggung aankwamen was de gehele dusun uitgelopen om deze orang Belanda’s (Nederlanders) te zien. Wij waren namelijk de eerste buitenlanders die de dusun bezochten. Na de kippen in het gereed staande “kippenhok” gezet te hebben en de geiten naast de bamboehut vastgezet te hebben zijn wij begonnen aan de gebruikelijke plichtplegingen onder toeziend oog van alle bewoners. Daarna hebben wij de meegebrachte cadeautjes voor Ribut, de familie en de kinderen van de dusun uitgedeeld.

Na de thee en de versnaperingen, bijeen gebracht door de familie en de bewoners, zijn wij een wandeling gaan maken in de dusun. Voor de bamboehut staat een grote betonnen watertank met een inhoud van 5000 liter. Al snel vertelde Sutimin, de vader van Ribut, dat deze tank leeg was omdat het een vrij droog seizoen was. Desgevraagd vertelde hij dat deze alleen gevuld kon worden door een te bestellen tankauto. Deze moest dan twee keer komen en dat was een hoop geld. Nadat ik gezegd had dat ik het water wel zou betalen als het water gebracht zou worden terwijl ik nog aanwezig was, zei hij dat dat dan binnen een uur te regelen was. En inderdaad, binnen een uur waren er twee tankauto’s geweest en had de familie weer water voor een aantal maanden.

De eerste dag zijn wij onder veel belangstelling van de dorpsgenoten goed doorgekomen. Bedtijd brak aan. ‘Hoe zou men dat regelen?’ vroegen wij ons af. Het bamboehutje was een grote ruimte die met gordijnen was afgezet voor de “keuken” en de “slaapkamer”. In het hutje stond een houten bed en een houten bank. Al snel volgde de slaapindeling. Mijn vrouw werd uitgenodigd in het houten bed waarin zij zou slapen met de moeder, Sri Suwarti, en Ribut. Ik moest op de bank slapen en de vader ging slapen op de kleigrond in een hoek van het hutje. Van slapen kwam natuurlijk niet veel terecht. Voor mijn vrouw was het niet gewoon om met zijn drieën in een bed te slapen en voor mij was de bank na verloop van tijd toch wel hard. Als wij niet sliepen konden wij door het dak naar de hemel kijken.

Volgende week deel 2.