Skip to main content

Tag: Koeienbank

De prijswinnaars zijn bekend

Onder alle kopers – voor 31 december 2012 – van het magazine “Buffelen voor Tileng”, uitgebracht ter viering van het 12,5 jarig bestaan van Stichting Tileng, hebben wij zoals beloofd een aantal mooie prijzen verloot.
En zoals de titel van dit bericht al aangeeft; het lot is gevallen, de winnaars zijn bekend.

Dat betekent dat we maar liefst 11 mensen blij kunnen maken met een extra cadeau. Of beter: nog blijer maken, want de echte hoofdprijs, het mooie magazine, hebben ze natuurlijk al.
Maar liefst 10 gelukkigen ontvangen binnenkort de CD “Verleden Land” van onze ambassadeur Wouter Muller, gesigneerd door Wouter zelf. Een CD die garant staat voor jarenlang kunnen genieten van Wouter’s meesterwerken.

Verder krijgt 1 winnaar het boek “Ver van familie” van Marion Bloem. Uiteraard is ook dit boek gesigneerd door de schrijfster.

Alle prijswinnaars krijgen binnenkort persoonlijk bericht.

Goed, de prijzen zijn er dan nu uit, maar dat neemt niet weg dat het magazine nog steeds te koop is. Ook zonder loterij is dat zijn geld meer dan waard, terwijl de opbrengst dan ook nog eens naar de projecten van Stichting Tileng gaat. Kopen dus!
(Gewoon minimaal EUR 12,50 overmaken naar Stichting Tileng, o.v.v. ‘magazine’ en u krijgt het thuisgestuurd.)

“Loslaten ………… “

Regelmatig heb ik geschreven over de manier van werken van Stichting Tileng. We geven de mensen in de desa’s Tileng, Imogiri en Baturraden ondersteuning die is gericht op structurele hulp, bijvoorbeeld via onderwijs en via inkomen genererende projecten.

Een van die projecten is de zogenaamde “Buffelbank”. Die naam heeft men zelf gekozen, maar wat ons betreft had deze eigenlijk “Sapibank” (“Koeienbank”) moeten heten.

De “Buffelbank” is een eenvoudig voorbeeld van effectieve steun voor een traditioneel gebruik. Boeren in Indonesië sparen als vanouds niet bij een bank maar door middel van vee. Het werkt zo: een boer verzorgt een of meer koeien van iemand anders (Stichting Tileng). De koe wordt gedekt en het kalf is het eigendom van de verzorgende boer.

Deze traditionele vorm van kapitaalvermeerdering kost veel tijd. Met steun van buiten, zoals via het buffelproject van Stichting Tileng, kunnen meer boeren meer koeien per persoon verzorgen, waardoor hun economische situatie sneller kan verbeteren. Dit is een van de projecten die binnenkort mogelijk geëxporteerd wordt naar meer dusuns (woongemeenschappen) van de desa (dorp) Tileng en naar de desa’s Imogiri en Baturraden.

In een van de dusuns van de desa Tileng – Manggung – is men het verst en dit zal de eerste woongemeenschap zijn die op termijn zonder hulp van de stichting verder kan en die wij kunnen ‘loslaten’.

Loslaten is niet het einde van hun wereld. Het is het begin van een nieuw en geheel zelfstandig leven daar in de dusun Manggung van de desa Tileng.

 

De wandeling in ……………….

Voor een wandeling en een goed gesprek gaan we naar buiten, ook al is het wel wat guur in het Recreatieschap Hitlandbos. Een heel verschil met het weer in de desa’s Tileng, Imogiri en Baturraden op Java, want daarover wil ik het een keer met je hebben zei een inwoner van Capelle aan den IJssel tegen mij. Hij nam al lopend een soort interview af, wat ik met u wil delen ook al herkent u onderdelen daarvan.

Wat heb jij met Tileng? Heel veel, in 1997 gingen mijn vrouw en ik voor het eerst op bezoek bij ons pleegkind in Manggung, een woongemeenschap in de desa Tileng. Ik sliep op de grond en mijn vrouw mocht in een bed slapen, samen met het pleegkind en haar moeder. De volgende dag keken we rond in de desa en spraken met bewoners. Ze hadden grote behoefte aan stenen woningen. Ik heb toen met de mensen van het dorp het volgende afgesproken: Jullie maken plannen en sturen die aan mij op, dan zal ik zorgen dat er geld komt om de plannen uit te voeren. Zo zijn er drie nieuwe woningen gebouwd en zeven gerenoveerd.

Na verloop van tijd hebben we Stichting Tileng opgericht, waarvan ik voorzitter werd en Bram van der Weele secretaris en Cees van der Jagt de penningmeester. Waarom voel je je zo betrokken bij Tileng? Ik kan het niet verkroppen dat zij onder die omstandigheden moeten leven. Ik vind dat ik er alles aan moet doen om hun woon- en leefsituatie te verbeteren. Wat doet de stichting nu precies? De bewoners van de desa Tileng en inmiddels Imogiri en Baturraden maken zelf een plan voor een bepaald project. Dat werken ze uit met hulp van ons management in Indonesië. Daarna sturen ze het op aan het bestuur in Nederland dat het plan beoordeelt. Als het is goedgekeurd, laat het bestuur het management en via hen de bewoners weten wanneer en in hoeveel fasen ze het geld voor het project kunnen verwachten en wanneer ze moeten rapporteren over de voortgang van het project. Ik ga zelf zoveel als kan naar Indonesië en dan besteed ik één week van mijn vakantie daar in Indonesië aan het bezoeken van de projecten.

Zo zijn er al scholen gebouwd, hebben we projecten ter verbetering van het onderwijs en nu zijn we bezig met de ‘Buffelbank(koeien)bank’  in de desa Tileng. Bij het koeienproject krijgt een familie een koe in bruikleen. Als de koe een kalf krijgt mag de familie dat houden, de koe gaat door naar een volgende familie. Hoe komen jullie aan geld? We hebben donateurs, veel eenmalige schenkers en ook een paar grote sponsors. Praktisch elke eurocent wordt aan de projecten besteed. Alleen voor de inschrijving bij de Kamer van Koophandel en bankkosten moeten we betalen.

Dus als ik het zelf mag samenvatten, zei de inwoner: Stichting Tileng steunt een aantal desa’s (dorpen) op het eiland Java in Indonesië, met de desa Tileng als speerpunt, met als doel het verbeteren van de leef- en woonsituatie, in de breedste zin van het woord, van deze desa’s. Klopt helemaal, zei ik. De ondersteuning is gericht op structurele hulp, bijvoorbeeld via onderwijs en via inkomen genererende projecten.

Het was hem nog helderder geworden en hij zei zijn kennis te willen delen met anderen. Ik hoop dat u dat ook gaat doen na het lezen van de wekelijkse berichten over de stichting.

 

Model dusun Manggung

Op de dag dat we met de hele groep (het management Baturraden, onze vertegenwoordiger in Imogiri en ikzelf) in de dusun Manggung waren, hebben we weer positieve signalen ontvangen van de mensen van de dusuns. Immers de mensen van Manggung proberen uit alle macht een model-dusun te zijn voor de overige 15 dusuns in de desa Tileng.

Het blijft goed gaan met de “Buffelbank”; het is duidelijk dat door deze “bank” de levensomstandigheden zichtbaar verbeteren. Sommige mensen hebben bij verkoop van een of meerdere sapi’s met een deel van de winst, die voor hen bestemd is, al een stuk sawa en/of een brommer kunnen kopen. Ook de infrastructuur van de dusun verbetert zienderogen. De straten worden beter en zien er verzorgd uit. Juist die voorbeelden spreken de mensen in andere dusuns aan. Een goed resultaat van een kleine charitatieve instelling als de onze. Stichting Tileng neemt de tijd om projecten als deze op een duurzame manier uit te bouwen.

Het zijn weer ervaringen, die ook geëxporteerd kunnen worden naar de andere desa’s van de stichting: Imogiri en Baturraden. Andersom kunnen de 16 dusuns van de desa Tileng weer expertise importeren uit Imogiri en Baturraden. Daarom is ook afgesproken, dat een delegatie van de dusuns Tileng en Manggung op korte termijn een werkbezoek zal afleggen in Baturraden. Onderwerpen die dan aan de orde komen zijn het operationeel houden van een corporatie, scholarship, huizen en scholenbouw. Maar waar het vooral om zal gaan is hoe men in Baturraden de participatie van de bevolking stimuleert bij het realiseren van projecten in welke vorm dan ook. Immers in Baturraden worden projecten pas aangevraagd als er redelijk goed zicht is op participatie van de bevolking.

Ik hoop dat op deze wijze een soort kruisbestuiving gaat plaatsvinden waar een ieder profijt van heeft; zowel de bevolking als de stichting. De bevolking, omdat zij leert projecten, die bijdragen aan het duurzaam verbeteren van de leef- en woonsituatie, op een goede en efficiënte wijze op te zetten. En de stichting, omdat op deze wijze de tot nu toe verleende structurele hulp gecontinueerd kan worden.

Imogiri, Tileng en Manggung

Beste lezers, ik had u beloofd bij terugkeer in Nederland mijn ervaringen met u te delen over onze bezoeken aan de desa Imogiri en de dusuns (woongemeenschappen) Tileng en Manggung. Bij deze.

Op 14 augustus jl. zijn we aangekomen in Imogiri en hebben we onze intrek genomen in het huis van onze stichtingsvertegenwoordiger aldaar, Puri Purwanto.

Van daaruit hebben we tochten gemaakt rond Yogyakarta. Het is immers ook nog “vakantie” voor mijn vrouw en mij. Overigens mag het ook wel eens vermeld worden dat mijn vrouw zonder problemen toestaat dat ik een groot deel van onze “vakantie” besteed aan stichtingsactiviteiten.

OLYMPUS DIGITAL CAMERAVanuit datzelfde huis vinden ook de activiteiten van de stichting in deze regio plaats. Deze projecten hebben we bezocht. Zo hebben we de vijf kleuterscholen en de vier gebouwde permanente woningen in Imogiri bezocht.

Zoals u wellicht nog weet zijn deze woningen gebouwd ter vervanging van de bamboe noodwoningen die door de stichting gebouwd zijn na de aardbeving in 2006. De scholen en de permanente woningen zien er goed verzorgd uit. De eerste kleuterschool (2006) zal echter binnenkort weer geverfd moeten worden. Het is duidelijk dat het schilderwerk van de buitenmuren onder invloed van het Indonesische klimaat snel achteruit gaat. Voor wat de permanente woningen betreft hoop ik dat we binnenkort, als er voldoende financiële middelen bij de stichting binnenkomen, het bouwprogramma voor het restant van de woningen kunnen hervatten.

Ook zijn we op een dag in het gebied vlak onder de vulkaan Merapi geweest; het gebied dat vorig jaar zo te lijden heeft gehad van de uitbarsting van die zelfde vulkaan. De dikke lavastroom met onwaarschijnlijk grote natuurkracht heeft alles op zijn weg verwoest. Verbrand of bedekt met een meters dikke lavalaag. Je kunt je er geen voorstelling van maken als je het niet hebt gezien. En wij hebben nu alleen maar het verschrikkelijke eindresultaat gezien.

OLYMPUS DIGITAL CAMERADe bewoners trekken, ook al stimuleert de Indonesische overheid dit niet, langzaam het gebied weer in. Ze zijn op zoek naar wat ze vorig jaar noodgedwongen achter hebben moeten laten, naar iets bekends dat boven de lava uit steekt. Sommige mensen zijn weer begonnen met het bouwen van een onderkomen. Meestal met materiaal dat ter plaatse voorhanden is. Men maakt ook van de nood ook weer een deugd. De meters dikken lavazandlaag wordt afgegraven en per vrachtauto afgevoerd. Het zand wordt elders in de regio weer gebruikt voor de bouw en dergelijke. Het is mij, zoals ook na de aardbeving in mei 2006, weer duidelijk geworden dat de mensen hier in Indonesië een enorme veerkracht hebben. Men blijft met een lach en daadkracht doorgaan na iedere natuurramp. In het werkgebied van de stichting heeft men gelukkig nauwelijks tot geen last gehad van de asregens. Op de meeste plaatsen ver van het getroffen gebied was de as na de regenperiode grotendeels weg, zo liet men mij weten.

Op 18 augustus jl. heeft er in Imogiri, in mijn aanwezigheid, een bijeenkomst plaatsgevonden waarin het management uit Baturraden de mensen van Imogiri de in en outs hebben uitgelegd van de nieuwe organisatie hier met de bijbehorende regels die vermeld staat in het handboek “Implementatie van beleid op lokaal niveau”. De mensen uit Imogiri hebben exemplaren van het handboek in ontvangst genomen om zo de eenduidige handelswijze te garanderen. Ook in Imogiri vindt men dat er nog meer helderheid is geschapen.

De dag daarna zijn we met de hele groep (het management Baturraden, onze vertegenwoordiger in Imogiri en ikzelf) naar Tileng en Manggung afgereisd.

Wederom is door het management uitleg gegeven van de op papier gestelde nieuwe organisatie met de daarbij behorende regels. Vooral in de desa’s Tileng en Manggung bestond een grote behoefte aan meer regelgeving, aangezien men daar te maken heeft met 16 bewonersgroepen. Elke dusun heeft immers zijn eigen bewonersvertegenwoordiging. Ook hier is men nu in het bezit van het handboek. En ook hier heeft men toegezegd de organisatie in Indonesië te respecteren en de regels te zullen volgen.

Daarnaast hebben de mensen uit de dusuns Tileng en Manggung met het management afgesproken op korte termijn naar Baturraden te komen om daar een goed functionerende corporatie te bezoeken. Men kan dan bezien of dat concept kan worden overgenomen ter formalisering van de corporatie in Manggung en voor een op te starten corporatie in de dusun Tileng.

Verhaal 26-08-2011 cNa de vergadering hebben we nog een rondje door Manggung gelopen. Het was weer goed om te zien en te horen dat het nog altijd beter blijft gaan met de “Buffelbank”. De sapi’s (koeien) en hun kalfen zien er goed uit. Nu al is duidelijk dat door de “Buffelbank” de levensomstandigheden zichtbaar verbeteren. Door het management van de stichting wordt op korte termijn met de mensen bezien hoe en in welk tempo de bank zijn intrede kan gaan doen in de overige dusuns van de desa Tileng.

De mensen in de dusuns Tileng en Manggung hebben toegezegd hun ervaringen met de bank en de uitvloeiselen daarvan op papier te zetten om de donateurs in Nederland zelf te informeren over de gang van zaken en de resultaten.

Zodra we de verhalen binnen hebben zal ik ze op de website plaatsen.

Concluderend kan ik vaststellen dat wij als kleine charitatieve instelling samen met de bevolking een goede prestatie neerzetten. In tegenstelling tot grote charitatieve instellingen die elk jaar resultaat moeten boeken om goede jaarcijfers te kunnen publiceren, kunnen wij de tijd nemen om projecten op een duurzame manier uit te bouwen.

OLYMPUS DIGITAL CAMERAHet management uit Baturraden zal vanaf nu elke maand de desa’s Tileng, Imogiri en Baturraden bezoeken om goed contact te houden met het veld. Dit is goed voor de afstemming, terugkoppeling en onderlinge communicatie. Over deze werkbezoeken wordt het bestuur in Nederland na elk bezoek geïnformeerd over de gang van zaken in elke desa/dusun. Mochten daar bijzondere zaken bij vermeld worden die voor onze sponsors of donateurs interessant zijn dan zullen wij dat melden.

 

 

 

 

Tot slot.

Figuur voorblad  copyHet is mij duidelijk geworden dat men in alle drie de desa’s blij is met de nieuwe opzet van de organisatie in Indonesië met de daarbij behorende regels. Een duidelijke organisatiestructuur en op papier gestelde regels geven zekerheid en helderheid. Voor mij heeft het handboek nu al zijn dienst bewezen. De praktijk zal de komende tijd echter uit moeten wijzen of we met het handboek hebben bereikt wat we als bestuur voor ogen hadden.

Ondanks soms hectische periodes in onze “vakantie” was het weer goed toeven in het mooie Indonesië met haar fijne, gastvrije en goedwillende mensen.

Heeft u vragen en/of opmerkingen, mail gerust naar lange@tileng.nl.

Traditioneel sparen van boeren in Indonesia

Regelmatig krijg ik respons van mensen die tijdens hun rondreis in Indonesië ook projecten aandoen van de stichting. In gesprekken met hen hoor ik steeds dat zij vinden dat de ondersteuning door Tileng goed aanslaat. Vooral het buffelproject werkt erg positief.

De buffelbank is een eenvoudig voorbeeld van effectieve steun voor een traditioneel gebruik. Boeren in Indonesië sparen als vanouds niet bij een bank maar door middel van vee. Het werkt zo: een boer verzorgt een of meer buffels van iemand anders (Stichting Tileng). De buffel wordt gedekt en het kalf is het eigendom van de verzorgende boer.

Deze traditionele vorm van kapitaalvermeerdering kost veel tijd. Met steun van buiten, zoals via het buffelproject van Stichting Tileng, kunnen meer boeren meer buffels per persoon verzorgen, waardoor hun economische situatie sneller kan verbeteren. Dit is een van de projecten die geëxporteerd wordt naar de dusuns (woongemeenschappen) van de desa’s (dorpen) Tileng, Imogiri en Baturraden.

Dit project maakt deel uit van onze projectportefeuille (https://www.tileng.nl/index.php?page_id=1128). Met de in die portefeuille vermelde projecten kan worden gestart zodra er voldoende financiële middelen voorhanden zijn.

We hebben met behulp van onze sponsors, donateurs en de mensen uit de desa’s veel mooie en duurzame projecten kunnen realiseren. Inmiddels hebben we tientallen projecten afgewerkt en gaan we, dankzij uw hulp, verder met andere lagere scholen in Baturraden, huizen in Imogiri en een landbouw- en veeteeltcoöperatie in Tileng.

Nieuws uit Manggung: ‘Mau ke mana?’

In Manggung en omliggende dorpen is Stichting Tileng actief met een zelfregulerende ‘koeienbank’ en heeft het in voorgaande jaren verschillende kleuterscholen her- en verbouwd. De stichting wordt hier met Javaanse tongval steevast ‘stiktin’ genoemd. Ton Lange, voorzitter van de stichting, wordt hier omgevormd tot ‘Pak Ton’ of Mister Leng’. De vraag die ik dagelijks hoor als ik weer eens rond loop in het dorp is ‘Waar wil je naartoe? oftwel ‘Mau ke mana?’. Zo vaak komt er niet een vreemdeling langs en zeker niet eentje die langer blijft dan gebruikelijk. Mensen willen weten waar ik vandaan kom en nog belangrijker ‘ke mana’, waar ik naartoe ga. Al bijna een maand heb ik het voorrecht om in het dorp Manggung te verblijven.

Voordat ik in Manggung arriveerde heb ik een kleine week in Imogiri doorgebracht. Deze plaats is in 2006 hard getroffen door een aardbeving en heeft veel noodhulp gehad van binnen- en buitenlandse ontwikkelingsorganisaties. Inmiddels zijn deze ontwikkelingsorganisaties vertrokken uit Imogiri. De stichting onderscheidt zich juist door niet te vertrekken, maar samen met de mensen te bouwen aan een nieuwe toekomst. Vier permanente woningen zijn inmiddels klaar en mensen zijn in afwachting van de bouw van meer permanente woningen. Van de vijf kleuterscholen, ook ver- en herbouwd door de stichting, valt één kleuterschool extra op. Door zijn kleurrijke uitstraling en unieke locatie, aan de voet van de lange trap naar de graven van de ‘Sultans van Yogyakarta’, kunnen toeristen die Imogiri bezoeken haast niet om het schooltje heen. Een goede visitekaart voor de stichting dus.

Zoveel anders dan Imogiri is Manggung, dat in een zeer bergachtig gebied ligt waar het overgrote deel van de mensen ‘petani’, oftewel landbouwer is.  Mensen leven echt van- en met- hetgeen wat de natuur de mensen geeft. Dit is letterlijk terug te zien in de houding en het levensritme van de mensen. De mensen zijn erg gericht op hun land, hun vee en de sociaaleconomische conditie van hun dorp. De gesprekken van alle dag gaan hier dan ook altijd over. Mensen moeten overleven en kijken wat dat betreft niet heel ver vooruit. Door het houden van koeien hebben mensen iets meer zekerheid over hun inkomen. Dat inkomen schommelt erg en is voor het overgrote deel afhankelijk van oogsten, arbeid en de keuzes die de mensen maken. Ondanks de bestaande verschillen in inkomen en bezit heerst er een sterke sociale controle (o.a. door de vele sterke familiebanden) en de aanwezigheid van ‘gotong royong’ (‘wederzijdse hulp’).

De mensen zijn zeer te spreken over het koeienproject dat hier al 6 jaar draait. De toezichthouder van de koeienbank, bestaande uit bewoners van Manggung, ziet toe op een goede regulering en de in- en verkoop van koeien. De koeienbank voorziet in een grote behoefte en sluit goed aan bij de lokale economie en levensstijl. Over het algemeen worden koeien pas verkocht voor grote investeringen zoals het renoveren van huizen en het betalen van het schoolgeld van kinderen. Het ‘sparen’ in de vorm van het houden van koeien is dan ook gericht op de lange termijn. Er zijn ook mensen die een kleine veestapel proberen op te bouwen. Dit vereist in de eerste plaats ‘keberanian’ (moed). Daarnaast moeten mensen genoeg  fysieke en economische middelen hebben om een grote veestapel dagelijks te kunnen onderhouden. Verder vraagt dit om een mentaliteitsverandering, omdat mensen meer ruimte op hun land moeten vrijmaken voor grassoorten die nodig zijn om de koeien te kunnen voederen. Dit gaat op zijn beurt weer ten koste van de ruimte van de bestaande gewassen (dus minder oogst en opbrengsten op korte termijn).

Kortom, het blijkt niet eenvoudig te zijn om meer inkomen te genereren, maar met de oplevering van een coöperatiegebouw begin dit jaar moet dit in de toekomst steeds beter kunnen gaan. Het programma van de coöperatie is nog niet bekend. Duidelijkheid over welke koers het moet gaan varen is dan ook op korte termijn zeer nodig.

Als laatst wil ik nog zeggen dat ik nog nooit zo een gastvrijheid en vriendelijkheid heb meegemaakt als hier. Als ik bijna dagelijks naar het land ga om mee te kijken hoe men werkt en leeft, en zo nu en dan eens meehelp, dan doet men er alles aan om te zorgen dat ik niets te kort kom. Ik ga mee naar dorpsactiviteiten en ben al echt geworteld in het Javaanse dorpsleven.  Ik kan nu al zeggen dat deze mensen mijn hart gestolen hebben.

Interesse in de stichting

Voor een wandeling en een goed gesprek ga ik met mijn gast naar buiten, ook al is het wel wat guur in het Hitlandbos in Capelle aan den IJssel. Een heel verschil met het weer in de desa’s Tileng, Baturraden en Imogiri op Java, want daarover wil ik het hebben met mijn gast, die geïnteresseerd is in de stichting.

“Wat heb jij met de desa’s?”, vraagt de man. “Heel veel”, antwoord ik; “in 1997 gingen mijn vrouw en ik voor het eerst op bezoek bij ons pleegkind in dusun Manggung, een woongemeenschap in de desa Tileng. Ik sliep op de grond en mijn vrouw mocht in een bed slapen, samen met Ribut, ons pleegkind, en haar moeder. De volgende dag keken we rond in de desa en spraken met het dorpscomité. Ze hadden grote behoefte aan stenen woningen. Ik heb toen met de mensen van het dorp afgesproken dat zij plannen zouden maken en dat ik dan zou proberen te zorgen dat er geld voor zou komen. Op die manier zijn er vanaf toen drie nieuwe woningen gebouwd en zeven gerenoveerd.

Na verloop van tijd hebben we in 2000, samen met anderen, de Stichting Tileng opgericht, waarvan ik voorzitter werd. Bram van der Weele werd secretaris en Cees van der Jagt penningmeester.”

“Waarom voel je je zo betrokken bij Tileng?” vraagt de man. “Ik kan het niet verkroppen dat mensen onvrijwillig onder slechte omstandigheden moeten leven. Ik vind dat we er alles aan moet doen om hun situatie te verbeteren”.

Direct daarop stelt hij zijn volgende vraag: “wat doet de stichting nu precies?” Mijn antwoord: “De bewoners van de desa’s maken zelf een plan voor een bepaald project. Dat werken ze uit met hulp van onze plaatselijke  vertegenwoordigers op Java. Daarna sturen ze het op aan het bestuur van de stichting, dat het plan vervolgens beoordeelt. Als het wordt goedgekeurd, laat het bestuur de bewoners weten wanneer en in hoeveel fasen ze het geld voor het project kunnen verwachten en wanneer ze moeten rapporteren over het project. Ik ga zelf om de twee jaar naar Indonesië en dan besteed ik één week van mijn vakantie aan het bezoeken van de projecten.  Op die manier zijn er al kleuter- en lagere scholen gebouwd, leermiddelen gekocht, studiegelden van leerlingen en salarissen van onderwijzend personeel betaald. Ook loopt ons buffelproject nog steeds. Bij het buffelproject krijgt een familie een koe in bruikleen. Als de koe een kalf krijgt mag de familie dat houden, de koe gaat door naar een volgende familie. Ondertussen lopen er zo’n 125 koeien rond”.

De laatste vraag die mijn gast stelt is: “hoe komen jullie aan al dat geld?”, waarop ik vertel: “Tsja, we hebben in de bijna afgelopen 10 jaar veel donateurs voor onze stichting weten te interesseren. Ook mensen die eenmalig een bedrag overmaken en een paar royale sponsors weten het werk van de stichting inmiddels te waarderen door die waardering om te zetten in klinkende munt. De enige kosten, die de stichting aan overhead kwijt is, bestaan uit de jaarlijkse bijdrage voor inschrijving bij de Kamer van Koophandel en uit bankkosten.”

“Zo”, besluit mijn gast, “dat is heel mooi; je hebt me ervan overtuigd om sponsor van de Stichting Tileng te worden”

Traditioneel sparen gaat gewoon nog even door

Aan de hand van rapporten en van telefoongesprekken met ons plaatselijke management horen we steeds meer dat de mensen in de desa Tileng vinden dat de ondersteuning door Tileng goed aanslaat. Vooral het buffelproject werkt zeer positief.

Dit is een eenvoudig voorbeeld van effectieve steun voor een traditioneel gebruik: de buffelbank. Traditioneel sparen boeren in Indonesië niet bij een bank maar via vee. Het werkt zo: een boer verzorgt een of meer buffels van iemand anders (Stichting Tileng). De buffel wordt gedekt en het kalf is het eigendom van de verzorgende boer.

Deze traditionele vorm van kapitaalvermeerdering kost veel tijd. Met steun van buiten, zoals via het buffelproject van Stichting Tileng, kunnen meer boeren meer buffels per persoon verzorgen en om zo hun economische situatie sneller te kunnen verbeteren.

Onlangs heeft de stichting weer een aankoop van 25 sapi’s mogelijk gemaakt.

Om de andere woongemeenschappen van voldoende sapi’s te voorzien zijn er nog minimaal 26 nodig. Men heeft nu zelf meer dan voorheen invloed op de aankoop van de koeien. Dit is voor ons een prettig signaal dat aangeeft dat de mensen er zelf intensief bij betrokken zijn.

Als u dit bijzondere project financieel wilt steunen, meldt u dan aan bij de Stichting Tileng als donateur; of schenk een koe, maak in dat geval een bedrag van 300 euro over o.v.v. “koe”. U doet er veel goeds mee en maakt de levens van de mensen in Tileng rijker.

De koeien (sapi’s) van de inwoners van Tileng

Tijdens mijn verblijf had ik al gerapporteerd over het koeien project. Zie nieuwsarchief. Toen de inmiddels 61 sapi’s (koeien) klaar stonden om aan ons getoond te worden heb ik ze gefotografeerd. Enkele van die foto’s worden nu getoond. Binnenkort zal bekeken worden op welke wijze wij u middels de website nog meer deelgenoot kunnen maken van de plaatjes en video-opnamen. Als u de plaatjes ziet moet u er toch ook van overtuigd zijn dat de Stichting Tileng met dit project veel goeds realiseert.

De koeien zien er goed en gezond uit. De mensen zijn er erg blij mee en verzorgen ze buitengewoon goed. Ze denken op termijn in hun eigen levensbehoefte te kunnen voorzien, als wij tenminste nog enige tijd doorgaan met de steun vanuit de Stichting Tileng.

Om de andere woongemeenschappen van voldoende koeien te voorzien zijn er nog minimaal 26 nodig. Men wil nu zelf graag wat meer invloed hebben op de aankoop van de koeien, om zo een goed totaalbestand op te kunnen bouwen, zodat ze daar jaren mee vooruit kunnen. Dit is voor ons een prettig signaal dat aangeeft dat men er intensief bij betrokken is. Dus mochten er mensen zijn die dit bijzondere project financieel willen steunen, meldt u aan bij de Stichting Tileng als donateur. U doet er veel goeds mee en maakt de levens van de mensen in Tileng rijker. Zie voor verdere informatie www.tileng.nl.