Op zondagmorgen 4 mei om 02:00 uur ben ik met het lokale management vertrokken uit Baturraden voor de werkbezoeken aan Imogiri en Tileng. We zijn zo vroeg vertrokken om na het bezoek aan Imogiri nog dezelfde dag door kunnen gaan naar de desa Tileng met zijn 16 dusuns (woongemeenschappen).
Die zondagmorgen kwamen wij om 07:00 uur aan in Imogiri.
Na ontvangst door de plaatselijke vertegenwoordigers hebben we met hen een rondgang gemaakt langs de uitgevoerde projecten. Alles ziet er nog goed uit. Geen bijzonderheden. Tijdens het evaluatiegesprek daarna werd aan ons meegedeeld dat onze huidige vertegenwoordigers in Imogiri niet voldoende tijd meer hebben om projecten te ontwikkelen, te begeleiden en toe te zien op de uitvoering. Ze hebben het te druk gekregen met hun eigen werk. Ze zijn hard op zoek naar capabele opvolgers, die de bewoners van Imogiri willen vertegenwoordigen overeenkomstig het handboek “Implementatie van beleid op lokaal niveau” (integraal onderdeel van het beleidsplan van Stichting Tileng). Zolang er geen, voor de stichting acceptabele, nieuwe vertegenwoordigers zijn aangesteld, zullen er geen nieuwe plannen kunnen worden opgezet. Niet leuk voor de bewoners van de desa Imogiri, maar kwaliteit moet gewaarborgd blijven. We werken immers met geld van onze sponsors en donateurs, die dat in vertrouwen aan de stichting hebben gegeven. Dat vertrouwen mag nimmer worden geschaad. Daar is men het in Imogiri helemaal mee eens.
We zijn om 11:00 uur vertrokken voor ons volgende werkbezoek aan de desa Tileng met zijn 16 dusuns (woongemeenschappen). We zijn daar om 13:30 uur aangekomen.
Vanaf de hoofdweg zijn we gelijk de dusun Manggung ingereden naar het huis van de coördinator van de “Buffelbank” aldaar. Ook hier was het ontvangst hartelijk, ondanks dat we onverwachts aankwamen.
In de avond hadden we een bijeenkomst met het inmiddels voltallige bestuur van de “Buffelbanken” Manggung en Tileng (2 van de 16 dusuns van de desa Tileng). Ik heb gevraagd hoe het met hen gaat, waar ze zo mee bezig zijn, hoe het met de sapi’s (koeien) gaat en wat hun plannen voor de toekomst zijn. Dit werd natuurlijk, zoals gebruikelijk, vertaald door Santos, Iko en Suci van het management van de stichting in Indonesië.
Het gaat goed met de mensen in desa Tileng. De stichting heeft door het steunen van hun buffelbank enige welvaart gebracht. Dat is ook te zien aan bijvoorbeeld de uitstraling van de dusuns Tileng en Manggung.
In Manggung zitten nog 53 van de oorspronkelijke 60 personen in de buffelbank. In Tileng zijn dat 41 van de 42. De mensen die zijn afgevallen hebben zich niet gehouden aan de afspraak om minimaal één sapi in bezit te houden en mogen derhalve niet meer met de bank meedraaien.
Ze hebben het geld van de verkoop echter wel goed besteed. Net zoals bij de reguliere verkopen is de opbrengst gebruikt om bijvoorbeeld land en/of een brommer te kopen. Ook wordt het geld wel gebruikt voor de aanzet om een huis te bouwen of het bestaande te verbeteren. Daarnaast wordt het gebruikt om de kinderen een goede opleiding te laten volgen. Een aantal kinderen volgt zelfs een universitaire opleiding, wat voorheen niet tot de mogelijkheden behoorde.
Ook wordt een percentage van de opbrengst in een noodfonds gestort voor als er calamiteiten zijn in de gehele desa Tileng. Ik was zeer verheugd dit te horen. Inmiddels hebben de buffelbankbesturen van de dusuns Tileng en Manggung een organisatie opzet, die voor de gehele desa Tileng met zijn 16 woongemeenschappen actief is. Zo gaan en kunnen alle dusuns op de zelfde wijze bestuurd worden met eenzelfde wijze van werken. Dit vergroot alleen maar de effectiviteit en daarmee komt een droom uit van het stichtingsbestuur in Nederland. Het heeft even geduurd, maar ze hebben uiteindelijk ons advies tot verregaande samenwerking opgevolgd.
Binnenkort zal dit (nieuwe) bestuur (op de foto de voorzitter en de secretaris) zich presenteren aan het hoofdbestuur in Nederland. De secretaris heeft toegezegd af en toe een verhaaltje in drie talen (Bahasa Indonesia, Engels en Nederlands) op te sturen voor de website van de stichting. Het bestuur werkt onder de naam Stichting Tileng Gunung Kidul (lees: Tileng met zijn 16 woongemeenschappen) Indonesia. Je moet toch een klinkende naam hebben, niet waar.
De nieuwe secretaris zal, indien hij vragen heeft, in het Engels, de penningmeester van het bestuur in Nederland raadplegen. Voor alle andere zaken zal alles via het management in Indonesië lopen, zoals in het handboek staat vermeld.
Natuurlijk is er ook gesproken over de verdeling van de sapi’s. Op korte termijn komt men met een totale inventarisatie op naam, voorzien van foto’s.
De 4 jaar geleden opgezette coöperatie in Manggung is niet echt op gang gekomen. Men krijgt niet voldoende handen op elkaar om het effectief draaiend te maken en te houden. Het gebouw gaat nu deel uitmaken van Stichting Tileng Gunung Kidul Indonesia, waarmee het meer rendabel gaat worden. Het gebouw is nu immers in gebruik bij de hele desa Tileng en niet meer alleen bij Manggung.
Met een deel van de sapi-opbrengst worden plannen ontwikkeld om de landbouwproductie te verhogen. Een voorbeeld daarvan is de cassave proeftuin. In de proeftuin staan vijf maanden oude cassaveplanten. In die vijf maanden hebben (kleine) planten, die volgens de traditionele wijze geteeld worden, een opbrengst van 2 pond en (grotere) planten, die worden geteeld volgens een nieuw ontwikkelde methode, een opbrengst van 10 kilo. Als ze de planten 9 maanden laten staan is de verwachte opbrengst voor de kleine planten 3 pond en voor de grote maar liefst 20 kilo.
Daarnaast wordt de zuiver biologische methode ook toegepast om het gras voor de koeien beter te laten groeien. Aan de sapi’s, die dat te eten krijgen, is dat al te zien. Hoopvolle geluiden dus.
Ik heb ze gecomplimenteerd voor de aanpak en wijze van functioneren. Zij zeggen dat ze dat verplicht zijn tegenover de sponsors en donateurs van de stichting.
Op maandag om 08:00 uur vertrokken we uit de desa Tileng voor de lange rit naar Baturraden met een tussenstop in Yogyakarta. Een reis per auto van meer dan 10 uur .
Volgende week het laatste deel (4).